In 1980 nam de oprichter van Ata Rangi, Clive Paton, de gedurfde beslissing om zijn kleine kudde melkkoeien te verkopen om 5 hectare steenachtige, kale schapenweide aan de rand van het kleine dorp Martinborough te kopen. Zijn droom, geïnspireerd door een wetenschappelijk bodem- en klimaatrapport over de geschiktheid van Martinborough voor de druiventeelt, was om een wijnboer van wereldklasse te worden. Als fervent rugbyspeler had hij vaak zijn knieën gevild op de vrij doorlatende grind van Martinborough, dus hij kende heel goed de uitdagingen waarmee hij te maken kreeg bij het verzorgen van de jonge wijnstokken. Klein detail, de scheutjes van de Pinot Noir waren van het legendarische Romanée Conti in Bourgogne, die hij binnengesmokkeld had in Nieuw Zeeland. Clive kreeg al snel gezelschap van zijn zus Alison, die een aangrenzende paddock van 2 ha kocht. Clive plantte dit met Pinot Noir terwijl zij in Londen werkte, waar ze haar kennis van de internationale wijnhandel versterkte. Clive trouwde in 1987, nadat hij zijn vrouw Phyll in Marlborough had ontmoet, waar ze ook als wijnmaker had gewerkt. Ata Rangi heeft, grotendeels dankzij de getalenteerde en zeer gerespecteerde wijnmaker Helen Masters, een benijdenswaardige reputatie als één van de meest gerespecteerde Pinot Noir-producenten in de Nieuwe Wereld en blijft trots in familiebezit.